Werken aan ProReni

31 januari 2022

In 2018 begonnen Remco van den Brink en Niels van Rijswijk een projectmanagementbureau voor civiele techniek: ProReNi. Met veel optimisme en enthousiasme begonnen zij aan dit nieuwe avontuur, maar de weg van ondernemen kent de nodige hobbels. Nu, ruim drie jaar later, blikken zij terug op hoe ProReNi zich heeft ontwikkeld en vooruit naar wat er komen gaat.

 

Het foute uur 

Op de vraag hoe de heren elkaar hebben leren kennen antwoordt Niels: “Remco en ik hebben elkaar leren kennen op het ingenieursbureau van de gemeente Amstelveen. Ik werkte daar als stagiair, Remco had al een paar jaar werkervaring. We zaten, met een aantal anderen, op de kamer waar Remco steevast op vrijdag om drie uur ‘s middag het foute uurtje inzette. Waar de anderen op de kamer dat minder konden waarderen zorgde dat bij ons juist voor een connectie: leuke energie, lol op je werk en even niet alles zo serieus nemen”. Die connectie bleek uiteindelijk de basis voor een vriendschap. “Nadat ik bij de gemeente Amstelveen was weggegaan en uiteindelijk voor mijzelf als ZZP-er was begonnen, spraken we zo nu en dan met elkaar af in de kroeg om bij te praten”, zegt Remco.   

 

Elkaar helpen  

Uiteindelijk was het Remco die Niels heeft geholpen om ook voor zichzelf te beginnen. “Ik was al ZZP-er, uiteindelijk kon Niels via mij starten met een opdracht bij Rijkswaterstaat” aldus Remco. “Al snel bleek echter dat we meer en meer vragen van klanten kregen om ze te helpen. Toen zijn we gaan nadenken of we onze samenwerking niet wat serieuzer aan moesten pakken, om zo de klanten te kunnen helpen” vervolgt hij. Uiteindelijk heeft het nog twee jaar geduurd voordat ze die stap echt durfden te zetten.  

 

Inhoud als verbindende factor 

Op 16 oktober 2018 was het moment waarop Remco en Niels ProReNi inschreven bij de Kamer van Koophandel. “Het idee dat we hadden was dat we, ongeacht hoe het bedrijf zich zou ontwikkelen, altijd zelf ook opdrachten bij klanten zouden blijven doen”, zegt Remco. Niels vult aan “Wat wij leuk vinden is bezig zijn met civiele techniek. Met ProReNi willen we ons bezighouden met leuke en uitdagende projecten, het liefst met meer mensen want het wordt pas echt leuk als je dingen met elkaar kunt doen en delen”. 

 

Op en neer, heen en weer 

Remco en Niels huurden een kantoorruimte in het voormalige raadhuis van Uithoorn, daar zitten ze nog steeds met veel plezier. Al snel werd de eerste medewerker aangenomen. “Dat eerste jaar was ontzettend leerzaam” vertelt Niels. “Je moet je ineens bezighouden met allemaal zaken waar je je op dat moment nog geen ervaring mee hebt. Daarbij kom je er soms achteraf pas achter dat niet elke keuze die je maakt de juiste was. De afgelopen drie jaar zijn we gegroeid in kennis, netwerk, bedrijfsomvang en professionaliteit”. Remco vult aan “Door persoonlijke aandacht elkaar regelmatig te zien en te spreken, bijvoorbeeld bij teamuitjes of (online) borrels, en uitdagende projecten zijn we een interessant en betrokken bedrijf om bij te werken. Dat is gelukkig ook wat we terug horen”.  

 

Volgende stap 

Nu er een solide basis staat, is het tijd om de blik op de toekomst te richten. De wereld waarin we leven is continu in beweging. Dat zorgt voor projecten die steeds complexer, integraler en uitdagender worden. Over hoe ProReNi daar invulling aan wil geven antwoordt Remco “De volgende stap is kijken hoe we mensen aan ons kunnen binden die meehelpen aan de groei van het bedrijf. Zowel qua omvang maar ook qua breedte en inhoud. Daarmee worden we een completere organisatie waarin we van elkaar leren, elkaar uitdagen en elkaar helpen in die integrale en uitdagende projecten”. “We hopen over 5 jaar met ongeveer 15 tot 20 mensen te zijn om onze klanten zo goed mogelijk te kunnen helpen met het realiseren van projecten” vult Niels aan. Dat aantal werknemers komt niet zomaar uit de lucht vallen. “Wat we willen is dat de huidige bedrijfscultuur behouden blijft. We willen relaxt met elkaar om blijven gaan, eigen initiatief, input en een kritische blik worden gewaardeerd. Je zult bij ons niet snel horen dat iets niet mogelijk is maar vooral het enthousiasme voelen om met nieuwe ideeën aan de slag te gaan” zegt Niels. Remco vervolgt “Daarnaast willen we zelf ook graag aan projecten blijven werken. Wij worden er niet vrolijk van als we alleen maar ‘de manager’ moeten spelen”. Wat de toekomst exact gaat brengen weet uiteraard niemand. “Het belangrijkste is dat we allemaal plezier hebben in het werk dat we doen, een organisatie blijven waar plezier wordt beleefd en waar mensen zich kunnen blijven ontwikkelen” sluit Niels af. “Uiteraard blijven we dat doen met het foute uurtje op de vrijdagmiddag”.